Liedje van hoop: ‘Tell your friends’ van Wilco

Vorig jaar juni zag ik de Amerikaanse band Wilco optreden in een volgepakt Paradiso in Amsterdam. Samen met mijn broer en schoonzus maakte ik daar een geweldig concert mee. Ik schreef er toen een verslag over, met als titel: ‘In Paradisum cum Wilco’ (da’s Latijn voor ‘in het paradijs met Wilco’, maar het is tegelijk natuurlijk een woordspeling bij de concertzaal Paradiso, die vroeger ook nog eens een kerk was).
Ik moest hier aan denken toen ik op Facebook een filmpje voorbij zag komen uit de Amerikaanse talkshow van Stephen Colbert. Daarin trad Wilco op. Dat gebeurde niet in de televisieshow, nee: het was zo’n gecombineerd optreden, waarbij alle bandleden thuis hun partij hadden ingezongen en ingespeeld, en via een ‘Zoom-constructie’ werd dat alles gecombineerd en getoond. Talloze bands en artiesten hebben in deze coronatijd ons hiermee overladen. Intussen ben ik er eigenlijk ook wel een beetje klaar mee, want het doet me alleen maar meer verlangen naar een live-concert in een zaal, waarbij je de band face to face ziet en hen hoort, met daarbij alle andere geneugten van een goed live-optreden.
Toch gebeurde er dit keer iets met mij, toen ik naar dat filmpje van Wilco keek. En dat was meer dan de bewondering van een fan. Kijk maar mee… Het begint met voorman en zanger Jeff Tweedy. Hij zit op z’n bank, een rare muts op zijn hoofd, met daaronder z’n overdadige ‘corona-kapsel’. Tweedy kijkt een beetje chagrijnig. Z’n gitaarspel is traag, z’n zang landerig en dreinerig. Precies zoals ik me ook regelmatig voelde de afgelopen maanden, tijdens de lockdown, met al z’n beperkingen.
Maar dan komen ook de andere bandleden in beeld, ieder in of rond z’n eigen huis. Gitarist Nels Cline is met z’n partner en hun hondje in beeld, drummer Glenn Kotche met z’n vrouw en twee kinderen en Tweedy heeft opeens z’n twee zoons bij zich, die met hem meezingen, enz. enz. De songtekst is eigenlijk heel eenvoudig

Don’t forget to tell your friends
When you see them again
O’ I love you
O’ I love you

 I want to hold your hand
When I see you again

 Als je dan die bandleden, met hun gegroefde gezichten – ze zijn de jongsten niet meer, en ze hebben veel meegemaakt – de hand van hun partner of kinderen ziet vastpakken, elkaar liefdevol ziet aankijken, dan breekt er iets. Tenminste, bij mij wel.. Ik dacht aan al die mensen, die elkaar zo lang niet hebben kunnen zien, omdat ze te kwetsbaar zijn, omdat dat het protocol was, omdat de risico’s te groot waren. Hoe graag zouden zij elkaars hand niet willen vasthouden? En hoe belangrijk is het om juist ook nu tegen je geliefden dat je van hen houdt, dat je om hen geeft?!
Misschien wel de mooiste regel uit dit liedje is: ‘Don’t forget to tell your friends/This is going to end.’ In al z’n eenvoud is dit de hoop in één zin: deze ellende stopt. Er komt een einde aan. Dus: ‘Houd vol!’, denk ik er dan bij.
Ik schrijf dit stukje op Pinksteren. We vieren de gave van de Heilige Geest. Eén van de vruchten van de Geest is geduld. Hij helpt ons om vol te houden. En Hij heeft een lange adem, een hele lange adem… Hij opent onze ogen voor de liefde, de liefde voor en in anderen, de liefde van God. De Geest zucht met ons mee in de wetenschap dat al die ellende hier niet het laatste woord heeft. Nee, er komt een einde aan, om plaats te maken voor een nieuwe wereld, Gods nieuwe wereld. Ik weet niet of Wilco dit ook bedoelde, maar ik hoorde het erin, als een liedje van hoop.

Kees van den Berg, dominee van de Pauluskerk